“Mijn nicht en zus zaten al op deze school en daardoor had ik al heel veel leuke verhalen gehoord. Toch nog wel naar een Open Dag gegaan om daarna meteen aan te melden. Vanaf groep 4 was het al duidelijk dat ik leerkracht wilde worden, eerst wilde ik leerkracht worden op de basisschool, maar later zou blijken dat docent op het voortgezet onderwijs beter bij mij past. Leerlingen in de puberleeftijd zijn dan weliswaar nog niet volwassen, maar je kunt al prima met hen discussiëren en hen handvatten bieden om verder te gaan.”
Halverwege haar schoolcarrière kiest Bente voor de Franse taal.
“Duits was eerder nog een optie, maar tijdens het rondkijken naar mijn vervolgstudie was de open, vriendelijke en vrolijke sfeer bij de sectie Frans voor mij doorslaggevend. Frans zou het worden! Het is een pittige taal, maar het voordeel is dat je met je leerlingen bij de basis begint; dat is bijvoorbeeld bij Engels heel anders. Tijdens mijn jaren op de Pierson had mijn docent Frans, mevrouw Van den Berselaar, al een keer gezegd: ‘Bente, als je hier wilt stagelopen, dan bel je maar!’ Dat is in mijn achterhoofd gebleven, dus voor de start van mijn 4e jaar Frans, het LIO-stagejaar, heb ik de stoute schoenen aangetrokken en contact opgenomen. En gelukkig was men erg positief en kon ik starten met mijn stage op het ds. Pierson College.”
Na je stage ben je meteen in dienst gekomen als docent Frans. Hoe is het om als oud-leerling ineens collega te zijn?
Bente: “Dat ging eigenlijk heel snel. De eerste paar weken was het nog even wennen, maar al heel snel merkte ik dat ik voor vol werd aangezien en niet meer beschouwd werd als oud-leerling. Eigenlijk ben ik al tijdens het laatste jaar van mijn studie al begonnen als docent. Het eerste jaar met twee stageklassen en twee eigen klassen; dat laatste zorgde ervoor dat ik meteen heel zelfstandig kon werken, veel verantwoordelijkheid had, maar altijd kon terugvallen op de hulp van mijn collega’s.”
Hoe bevalt het werken hier op school?
Bente: “Ik ben ontzettend blij met mijn collega’s. Ik heb op genoeg scholen rondgelopen om te weten dat het ook heel anders kan zijn. Hier kan je altijd hulp vragen aan elkaar, of het nu je eigen sectie is of docenten van een andere sectie. Iedereen is bereid je te helpen. Collega’s zeggen nu dat het lijkt alsof ik hier al jaren werk en dat is heel fijn om te horen.
In het eerste jaar vond ik het nog heel raar om mijn oud-docenten op een personeelsfeest te zien dansen. Maar het blijken ook gewoon mensen!”